Twee types van differentiatie

Voordat je met differentiatie aan de slag gaat, is het goed om weten voor welke (leer)doeleinden je dit wil inzetten. In het nieuwkomersonderwijs zijn twee types leerdoelen belangrijk, namelijk:

  • taalverwervings-doeleinden;
  • integratie en burgerschap bevorderende doeleinden.
    Om deze doelen te bereiken, kun je twee types van differentiatie inzetten.

Divergente differentiatie

Divergente differentiatie voorziet in verschillende leerdoeleinden voor de leerlingen in een klas. Sommigen oefenen op het basispakket van de taak/opdracht, terwijl anderen al aan moeilijkere onderdelen werken. Iedere leerling volgt zijn/haar eigen tempo. Aan het einde van een divergente differentiatieles kan het niveauverschil tussen studenten variëren.

Convergente differentiatie

Convergente differentiatie is differentiatie waarbij dezelfde leerdoeleinden voor iedere leerling gelden. Je hebt een duidelijk idee waar je de groep in zijn geheel wilt krijgen aan het einde van een les(senreeks). De weg daarheen zal voor elke leerling verschillen, maar allen zullen hetzelfde niveau bereiken. De leerweg wordt op het individu aangepast, volgens de behoeften van die leerling. Sommigen hebben meer ondersteuning nodig, anderen werken liever samen en weer anderen in stilte.

Convergente differentiatie heeft de voorkeur in de eerste fase van het onderwijs aan nieuwkomers. Je wilt dat ze het niveau bereiken dat nodig is om reguliere cursussen te kunnen volgen.